We zitten buiten te ontbijten. ‘Waar ik me toch zo aan erger’, begin ik, ‘is dat geklets van mensen dat ze iets een plekje hebben gegeven. Hebben ze enig idee wat ze dan zeggen, waar ze het dan over hebben?’ Hoe erg het is dat coaches dit uitdragen? Dat ze samen met hun klant het probleem een plekje gaan geven. Hoe kan het toch dat zelfs coaches geloven in deze valse belofte?
En als het niet lukt, aan wie ligt het dan? Aan de klant natuurlijk. Dan is de klant niet in staat om het los te laten of om de situatie te aanvaarden.
En dat je eigenlijk zegt: ‘ik kan niks met jouw gevoelens, ik wil niet dat je je zo voelt dus laten we het maar gauw, daar komt ie…… een plekje geven’.
Ik ga nog even door, hier vind ik duidelijk wat van.
Mijn lief zwijgt. Hij laat me een tijdje gaan. En ik word me daardoor bewust van het zuur dat ik op deze mooie ochtend over tafel stort. Daar ga ik weer. Hoe zeer ik ook mijn best doe om compassievol, zachtaardig, begripvol enz. te zijn, het zure, het cynische, het oordelende sijpelt, nee spuit er dwars doorheen.
Wanneer ik uitgezuurd ben, en even mijn mond houd, kan ik zien wat er gebeurt. Eigenlijk doe ik hetzelfde als iedereen die probeert iets een plekje te geven. Want is iets een plekje geven niet hetzelfde als proberen ergens vanaf te komen? Om ergens geen last meer van te hebben? Om controle te willen hebben?
Ik probeer van mijn zuurgraad af te komen. Ik zou zo graag zachtmoedig willen zijn. Ik wil leuker zijn dan ik ben. Dat lukt me niet en daar word ik toch zo zuur van. En hoe harder ik mijn best doe om het kwijt te raken, hoe zuurder ik van binnen word.
Zo werkt het dus niet.
Onprettige gevoelens, emoties en gedachten hebben al een plekje. Sowieso. Anders deed het niet zo’n pijn, was het niet zo schaamtevol, was je er niet zoveel mee bezig. En het is ook het beste plekje dat het kan hebben in jou. Anders zat het daar niet.
Zonde van je tijd en energie om een nieuw plekje te zoeken en het daar, zogenaamd, op te bergen. Het voelt dan aan als het verwerkt hebben maar dat is niet het geval. Het is een briljante manier van iets niet aangaan. En daardoor blijft het de aandacht vragen.
Het is ook lastig en moeilijk om in deze tijd van maakbaarheid en controle, naar onprettige gevoelens, emoties en gedachten te gaan kijken, in plaats van er een bewerking op toe te passen. Geïnteresseerd te zijn in wat je dan aantreft. Het hoeft helemaal niet anders of weg. Je neemt ze onder de loep en ervaart wat er allemaal te ervaren is.
Zodra je met interesse kunt kijken naar je pijnlijke plekken, je nare trekjes, je diepste verlangens, verandert er altijd iets in de ervaring. De rauwheid verdwijnt, het zure neemt af, het wordt rustig. Je ontdekt dat je niet je gevoelens, gedachten en emoties bent maar dat je ze hebt. Ze komen en gaan. Je kunt ernaar kijken en dat geeft ruimte.
Er is wel lef voor nodig om dat te doen. En meestal ook de suggestie van een ander, een coach of therapeut (of zwijgende lief 😉). Iemand die je uitnodigt om naar binnen te kijken, om daar tijd voor te nemen. Iemand die geïnteresseerd is in het plekje zelf en niet naarstig op zoek gaat naar een ander plekje. Iemand die weet dat wanneer je contact maakt met waar je vanaf wilt, er altijd wat verandert. En dan hoeft het helemaal niet meer weg. Het hoort bij je en alleen het oordeel erover maakt dat je er last van hebt. Als je dat kunt gaan zien, is er geen probleem.
En dan blijkt dat het plekje je wat heeft gegeven!
Eef